Kwetsbaar

Vrijdag 13 November 2009 in categorie Grijze Golfslag, Persoonlijke notities

Mijn moeder is ziek. Als een klein meisje, zacht en kwetsbaar, ligt ze slapend in haar bed. Haar knuffelbeer ligt naast haar kussen, hij kijkt een beetje hulpeloos. Ze heeft griep, maar de koorts is al wat gezakt. Koorts is niet goed voor haar, want daarvan brokkelen de hersenen weer verder af. Als ze even wakker wordt staren haar ogen mij groot aan, verrast om mijn verschijning. Ze herkent mij wel, maar haar woorden zijn gemummeld en onverstaanbaar.

Ik streel haar wang. De huid van je moeder is bijna even vertrouwd als die van jezelf, realiseer ik mij.
Ze is zwak. Ze krijgt antibiotica voor een blaasontsteking die er ook nog bijgekomen is. De verpleeghuisarts waarschuwt mij dat ze beter kan worden, maar dat het ook zomaar afgelopen kan zijn. Mijn hart krimpt samen.

Af en toe maakt ze enge geluiden in haar slaap. Ze heeft een slangetje in haar neus, een sonde die haar van voldoende vocht en medicijnen moet voorzien. Ons is in het vooruitzicht gesteld dat over vijf dagen de sonde eruit gaat. Dan moet ze haar eten en drinken weer zelfstandig kunnen doorslikken. Anders is het zinloos, zegt de arts. Je moet de mensen immers ook niet onnodig laten lijden. Nee, dat willen we ook niet. Maar het zijn niet de mensen, het is mijn moeder. En dat maakt de zaken toch wat ingewikkelder.

Een dag later is ze iets opgeknapt. Ze is tamelijk helder. Hoewel praten haar moeite kost, kan ze  een paar woorden zeggen die ik begrijp. Moeite die ze zich achteraf bezien soms had kunnen besparen, omdat ze verward is. Zo zegt ze: "Het spijt me dat ik je niets kan aanbieden." Haar beschadigde brein zit nog steeds in de gewoontes van vroeger, het heden en verleden loopt door elkaar, dingen die echt zijn gebeurd raken vermengd met dingen die ze eens op televisie heeft gezien.
Gelukkig oogt ze ontspannen. We maken pret als ik haar tong wat probeer schoon te vegen, want die is slijmerig geworden.

Maar vandaag is het vrijdag. Vandaag zegt de dokter dat ze slechter is dan woensdag. Ik zie het, al wil ik het niet echt toegeven. Ze ligt rustig in haar bed, maar ze is moe, heel erg moe. Het valt mij op hoe mooi mijn moeder nog is op haar vijfentachtigste jaar.

De dokter waarschuwt dat ze weer koorts heeft gehad. De kans is aanzienlijk dat ze het niet haalt.
Het woord overlijden valt. Er komt iets heel erg zwaars op mijn rug zitten. Ik schrik, want ik weet wat het is: het definitieve afscheid. Even laten trekt het weer weg, maar het heeft zich nu gemeld, besef ik. Het zal terugkomen.

Tags: