Ontsnapt aan een financiële ramp
Geschreven voor Amsterdam Centraal
Vrijdag 15 Oktober 2010 in categorie Amsterdam CentraalAmsterdam ontsnapte deze week aan de zoveelste financiële ramp. Die ramp heette Claudia Zuiderwijk. Zij was de beoogde nieuwe directeur van het Gemeentelijk Vervoer Bedrijf, maar volgens de berichten vond zij het salaris te mager. De gemeente wilde namelijk niet meer bieden dan de Balkenende-norm (188.000 euro). En dus hield mevrouw Zuiderwijk het voor gezien.
Wat is het toch met die bestuurders dat zij menen meer geld waard te zijn dan de premier van ons land? Met andere woorden: dat het besturen van het GVB of een zorginstelling zwaarder werk is dan het besturen van Nederland?
Het Parool deed donderdag een poging het uit te leggen, maar kon niet overtuigen. Het zou te maken hebben met ervaring. Het is nu eenmaal moeilijk om bestuurders te krijgen met voldoende ervaring.
Nou, daar heeft onze nieuwe premier Rutte blijkbaar totaal geen last van gehad. Hij moest er zelfs nog een hoop teleurstellen.
En welke ervaring bracht mevrouw Zuiderwijk dan wel mee? Ze is doctorandus in de andragologie (dat heeft iets met de 'vorming van volwassenen' te maken), had een directiefunctie bij PinkRoccade, stapte toen over naar de zorg en gaf leiding aan ziekenhuizen in het Gooi.
Ik zie daar geen enkele bus of tram tussen staan.
Maar dat laatste is natuurlijk een heel domme opmerking van mij. Ik ben typisch een leek op dat gebied, dat blijkt wel. Want topbestuurders zwaaien altijd graag met het argument dat het besturen op zichzelf de ware kunst is, en dat het dan feitelijk niet uitmaakt wát je bestuurt.
Mythe
Dit is natuurlijk je reinste kletspraat, maar in het old boys (m/v) network houdt men die mythe maar al te graag in stand. Natuurlijk is het wél belangrijk om verstand te hebben van de tak van sport waarin je organisatie opereert. De reeks van instellingen en bedrijven die in grote problemen kwamen na het dikbetaalde optreden van professionele maar onnozele topbestuurders is eindeloos.
En zo zijn er eveneens signalen dat ook mevrouw Zuiderwijk haar vorige klus niet geheel naar tevredenheid heeft afgerond.
Uiteraard wordt in dit soort gevallen doorgaans wél de riante vertrekbonus veilig gesteld.
Spanningsveld
Hoe het ook zij, feitelijk doet het allemaal niets ter zake of iemand wel of niet kwaliteit levert voor een salaris boven de Balkenende-norm. Er moet gewoon een eind komen aan buitensporige vergoedingen. Dergelijke bedragen zijn nooit te rechtvaardigen wanneer ze moeten worden betaald uit belastinggeld. Temeer omdat het heel vaak gaat om bedrijven of instellingen waarbinnen andere mensen voor een laag salaris de benen uit hun lijf lopen of onder grote druk staan. Hierdoor ontstaat een dusdanig groot spanningsveld tussen het hoogste en laagste salaris, dat men op de werkvloer steeds minder te motiveren is. Zeker wanneer door allerlei bezuinigingen de werkdruk steeds hoger wordt. Zie de problemen bij zorginstelling Cordaan.
Stoorzender
Een buitensporig salaris van het topmanagement is een enorm hinderlijke factor bij de discussie over veranderingen binnen een organisatie. Het werkt demotiverend op het lagere personeel, men is minder bereid mee te gaan in nieuwe ontwikkelingen, het werkt als stoorzender bij de oplossing van problemen. Altijd komen er weer vragen over dat salaris, niet over de inhoud.
Een topbestuurder die dat niet inziet, is per definitie al geen hoog salaris waard.
Tweet |