een cyclaam onder de oksel

Dinsdag 14 Maart 2006 in categorie Ergernis, Woede of Frustratie

Om enigszins bij te komen van de loftuitingen ben ik maar een paar dagen afgereisd naar mijn datcha in Friesland. Daar hangt in de vrieskou de rust vastgevroren aan de stilte. Die stilte kan ik wel gebruiken, want het lijkt misschien fijn om een winnaar te zijn, maar het is tevens een psychische belasting. Zeker voor mij, die dit gelauwer niet gewend is. Ik win nooit iets. Wacht, bijna nooit. Eén keer, toen ik zestien was, viel mij bij een verloting een cyclaam ten deel.

Een cyclaam. Voor een onzekere puber is dat geen fijne start, laten we eerlijk zijn. Op weg naar de volwassenheid zijn er betere aanmoedigingsprijzen denkbaar.
Aan het slot van de avond moest ik met die ellendige grafplant onder mijn oksel geklemd nog het hele eind naar huis. Op de brommer. Het was gelukkig donker, zodat mij het honend commentaar van medeweggebruikers bespaard bleef. Op één uitzondering na. De agent hield mij staande.
"Zó kun je geen richting aangeven!"
Ik overwoog hem de cyclaam te overhandigen. Dan was ik hem tenminste kwijt. Maar in die tijd dachten agenten dat je ze in de maling nam als je ze zomaar een cyclaam gaf. Je werd feitelijk pas serieus genomen als je hem met pot en al naar z'n kop keilde. Qua rebelsheid was ik echter een laatbloeier. Braaf stapte ik af en ging lopend verder, met de zware brommer aan mijn ene hand en de plant in mijn andere.

Ik passeerde een ziekenhuis. Bij de Eerste Hulp kwam een man naarbuiten. Zijn rechterarm zat in het gips. Ik drukte de cyclaam in zijn vrije linkerhand, mompelde 'beterschap' en sprong weer vlug op mijn brommer.
Vier straten verder kreeg ik een lekke achterband. Opnieuw moest ik de brommer aan de hand voortzeulen, die tegenstribbelend als een kreupele hond over het trottoir waggelde. In een vlaag van bijgelovigheid bedacht ik dat het winnen van de cyclaam bedoeld was geweest om mij te behoeden voor een lekke band. Maar ik had hem weggegeven.

Vandaar dat ik nu jaren later in mijn datcha zit. Ik moet mijn hernieuwde status van winnaar maar eens héél goed overdenken. Ik mag nu geen fouten meer maken...

Tags: