Noodweer (1)

Dilemmadiscussie

Zondag 03 November 2002 in categorie Criminaliteit en recht

Afgelopen week waren er twee soorten noodweer aan de orde in de media. De hevige storm die ons land teisterde en het geval van de twee AH-medewerkers die werden aangeklaagd wegens het toebrengen van neusletsel aan een overvaller. Deze had even tevoren een cassière beroofd onder bedreiging van een mes.
De vervolging van de AH-mannen leidde eveneens tot een storm, een storm van maatschappelijke en koninklijke (Prins Bernhard) verontwaardiging.
De eerste storm ging vanzelf liggen, de tweede woedt nog wel even voort.

Centraal stond en staat in feite de vraag: mag je iemand toetakelen die jouw lijf en goed bedreigt? Ik schrijf dit met opzet ongenuanceerd op, want op die manier wordt het maatschappelijk ook beleefd.
De juristen hebben het ons allemaal uitgelegd: je mag jezelf verdedigen, maar de mate van geweld moet in verhouding staan tot de ernst van de bedreiging of aanval. Je mag daarbij zelfs nog wel een klap teveel uitdelen. Daar heeft men vanuit de rust van de rechtszaal grootmoedig begrip voor.

Nou, dat lijkt dus duidelijk. Alleen: de burger is nog allerminst tevreden met die uitleg. En zo simpel is het in de praktijk ook niet. Want hoe weeg je de juiste geweldsverhouding af in die split second van grote dreiging? Hoe moet je reageren op situaties waardoor je (soms letterlijk) wordt overvallen? Wanneer in dit land nu de situatie heerste dat we onmiddellijk 112 konden bellen en vervolgens een snelle en adequate afhandeling met een gerust hart aan de professionals konden overlaten was het eenvoudig. Maar zo werkt het niet. Veel mensen voelen zich in de steek gelaten. In het merendeel van de gevallen volgt er geen enkele reactie van die professionals. Dus het volk mort.

Wanneer het volk blijft morren komt het op zeker moment in opstand. Nú zitten we hopelijk nog in een stadium dat we een verstandige aanpak van dit probleem kunnen bedenken. De wetgevers en wetshandhavers zullen op korte termijn op zijn minst uitzicht op een oplossing moeten bieden. En zij niet alleen: ook de burgers zelf moeten constructief meedenken. Anders gaat het mis.

De eerste stap op het hellend vlak is al gezet door Pim Fortuyn. Alles mag nu weer geroepen worden. Maar Pim is dood. De volgende stap kan zijn dat men gaat roepen om een nieuwe Sterke Man. En die zal het vervolgens allemaal wel eventjes krachtdadig oplossen. Dan is een politiestaat al snel een feit.
(wordt vervolgd)

Bent ú al gefouilleerd?